Ergens dit jaar, de precieze datum staat nog niet vast, krijgt beeldend kunstenaar Maryan Geluk door de Japanse keizer een vooraanstaande prijs uitgereikt. Die prijs krijgt zij voor twee vloerinstallaties die deel gaan uitmaken van de vaste collectie van het National Museum of Modern Art in Kyoto (MOMAK).
Als kunstenaar heeft Maryan Geluk grote belangstelling voor architectuur, stedenbouw en plattegronden (zee-, land- en stadskaarten). In haar sfeervolle woning, gelegen in het hart van Amsterdam, licht zij toe: “Ik vind het interessant te zien hoe architectuur zowel binnen- als buitenruimtes invult. Daarbij heb ik oog voor patronen, die een bepaald ritme teweegbrengen als je erlangs loopt. Dat wordt veroorzaakt door herhalingen in een regelmatige structuur. Verrassend is dat je die herhalingen steeds anders kunt waarnemen door zelf te bewegen, door ernaar te kijken als je erlangs loopt. Zo zie je een gevel vanuit meerdere perspectieven anders. Daarnaast zijn lichtinval en schaduwwerking van invloed. Daarom ben ik ook een liefhebber van de seizoenen waarin het licht een specifieke kleur aanneemt.”
Archeologische vindplaats
Jarenlang was Maryan Geluk als adviseur verbonden aan gemeenten als Amsterdam en Zaanstad. Vanuit die hoedanigheid gaf zij andere kunstenaars de gelegenheid invulling te geven aan de openbare ruimte in die steden. Als kunstenaar doet zij dat zelf eveneens, maar dan meestal in binnenruimtes. Zo maakte zij vloerinstallaties in kerken die hun oorspronkelijke functie verloren. Geluk: “Door daar een installatie te plaatsen, creëer je een archeologische vindplaats die nieuwe associaties oproept.” Maar wat is precies een installatie? Daar heeft zij een weloverwogen opvatting over: “Een installatie is een werk waarbij sprake is van een bijzondere relatie of interactie tussen werk, ruimte, publiek en context. Een installatie kun je doorwandelen, beluisteren, voelen en ruiken. Je neemt actief deel aan de installatie op dát moment en díe plek. Zodoende ervaar je een nieuwe wereld, zonder te beseffen dat deze zich in een expositieruimte bevindt.”
Geluk werkt met elementaire materialen als hout, papier, acryl en inkt, maar de laatste jaren vooral met papier en textiel. “Ik behoor tot een generatie kunstenaars die aan textiel een nieuwe betekenis heeft gegeven. Het accent valt daarbij niet langer op de ambachtelijkheid van dit materiaal. Als kunstwerk kan het op een eigen manier verrijken.” Zij verkent de ruimte welke in gelaagdheid een grote diversiteit aan structuren oplevert.
Geluk voelt zich verwant aan de internationale kunstenaarsbeweging Zero, die in de jaren zestig in ons land furore maakte met de aandacht voor licht, beweging en het elementaire van materialen. Jan Schoonhoven is een van de bekendste kunstenaars van de Nederlandse Nul-groep.
Innige band
In 1987 woonde Maryan Geluk een halfjaar in Japan en zij onderhoudt sindsdien een innige band met dit land en diverse Japanse kunstenaars. Haar werk valt er goed. Hoe komt dat zo? “Misschien wel door het wederzijdse gevoel van sereniteit, abstracte schoonheid, kleurgebruik en leegte.” Maatschappelijk refereert haar werk aan onze overbevolkte en overgeorganiseerde, chaotische wereld, waarin zij vraagt om rust en aandacht.
Aan het National Museum of Modern Art in Kyoto schonk zij twee vloerinstallaties. De eerste is de installatie ‘Velvet City’, die eerder in de Nicolaikerk in Utrecht te bewonderen viel. Het is meer dan zeven meter lang, drie meter breed en bestaat uit patroonmatig gelegde houten blokken voorzien van een rode flockprint (rood staat in Japan voor geluk); en omgeven door een plint van recycled papier en plastic. Het is prachtig om te zien, met een monumentale en serene uitstraling.
De andere vloerinstallatie heet ‘To find emptiness’ en is vijf bij vier meter, bestaande uit papier, cement, acryl en inkt. Hiervoor heeft Geluk steden- en wegenkaarten gekopieerd en opgerold, waarop teksten zijn aangebracht van Italo Calvino’s boek ‘Onzichtbare steden’. Ook hier is het resultaat als kunstwerk opzienbarend. Inderdaad, je zou het een archeologische vindplaats kunnen noemen.
Inmiddels zijn beide kunstwerken per schip naar Japan versleept en is Geluk in afwachting van de Dark-blue Ribbon Medal, uit te reiken door de Japanse keizer vanwege haar maatschappelijke bijdrage aan het land van de rijzende zon.
________________________________________________
Het interview met Maryan Geluk verscheen eerder in het februari-nummer van de nieuwsbrief van Architexca, Netherlands’ friends of architecture.