Sybren Polet exploreert het creatieve proces Vorige maand overleed op 91-jarige leeftijd de schrijver Sybren Polet, auteursnaam van Sybe Minnema. Hij heeft vooral naam gemaakt als auteur van het zogenaamde ‘andere proza’, maar niet vergeten moet worden dat hij een scherpzinnig essayist was. Dat laat bijvoorbeeld zijn omvangrijke essay ‘De creatieve factor’ zien.
Het zogenaamde ‘andere proza’, wie leest dat nog? Sybren Polet was er een exponent van, Lidy van Marissing, Jacq Firmin Vogelaar en gelijkgezinde auteurs uit de jaren zestig en zeventig. Zij braken met het klassieke verhaal, voorzien van een kop en staart, waarbij de psyche van de hoofdpersoon centraal staat.
Bewustzijn
Tegenwoordig domineert (weer) de opvatting dat het in de roman bij uitstek gaat om het uitbeelden van het bewustzijn van optredende personages. Als in geen andere kunstvorm kunnen wij als recipiënten, lezers in dit geval, de schedel lichten van een personage en daaronder kijken. Geen andere kunstvorm is in staat tot zo’n diepgaande kijk in het innerlijk van een ‘held’. De film niet, het theater niet. Schrijver Peter Buwalda vestigde daar weer eens de aandacht op, afgelopen zondag tijdens de uitzending van ‘Zomergasten’.
Sybren Polet probeerde met dat ‘andere proza’ de regels van de schrijfkunst op te rekken. Met zijn scheppingsdrift sloeg hij nieuwe wegen in. In zijn essay ‘De creatieve factor – Kleine kritiek der creatieve (on)rede’ (1993) zocht hij naar de oorzaken en drijfveren van het creatieve proces. Ik ken geen andere Nederlandse auteur uit de tweede helft van de vorige eeuw die zo breed georiënteerd is, zo erudiet. W.F. Hermans en Rudy Kousbroek staan in dat opzicht in zijn schaduw. Dat betekent trouwens niet dat Polet de best geslepen pen hanteert. In dat opzicht laat W.F. Hermans hem ver achter zich, hoewel ik vanuit overwegingen van stijl Jan Wolkers de beste scherpslijper vind. Maar dat is een kwestie van smaak: ik houd van diens barokke maar tegelijkertijd precieze taalgebruik. Wolkers blijft ook in zijn essays beeldend schrijven.
Tekst schrijft zichzelf
Dat kun je van Sybren Polet niet zeggen. ‘De creatieve factor’ heeft qua toonzetting de allure van een proefschrift. Maar als hij dan zou moeten promoveren, dan wel summa cum laude. Als essayist exploreert Polet vakgebieden als het hersenonderzoek, de psychologie, de theoretische natuurkunde, de taalkunde en de literatuurgeschiedenis. Centraal staan bij hem vragen als: Wat is nu precies het creatieve proces? Hoe wordt het op gang gebracht? Hij spitst het toe op de literatuur en de poëzie, maar het creatieve proces ligt natuurlijk ook ten grondslag aan innovaties en baanbrekend ontdekkingen in de wetenschap.
Een belangrijk weetje voor iedereen die iets ‘aan het papier’ wil toevertrouwen: tot op grote hoogte schrijft een tekst zichzelf. Veel schrijvers benadrukken dit. Ze kunnen zich goed hebben voorbereid, vooraf uitvoerige research gedaan hebben, van een onderwerp echt álles weten, maar het is niet verstandig om dit allemaal op doelmatige en systematische wijze uit te werken. Bij schrijven, op het vlak van fictie én non-fictie, is het van wezenlijk belang om het toeval toe te laten. Vergaarde informatie ligt opgeslagen in het onbewuste, daaruit put je, maar op een onwillekeurige manier. Achter het toetsenbord, al tikkende, valt je, hoe wonderlijk, het een na het ander te binnen. Polet citeert op dit punt de dichter Martinus Nijhoff: “Reeds weinig schrijven brengt meer ingeving dan veel denken.” Mensen die moeilijk schrijven, zijn gevangen in het doelgericht denken over hun tekst. Daardoor werpen ze een blokkade op; het onbewuste weten zij tijdens het schrijven niet aan te boren.
Creëren is spelen
Taal schept de mens (‘In den beginne was het Woord’, staat in de bijbel). Woorden zijn er vaak eerder dan de bijbehorende beelden en betekenissen, beweert Polet, zich baserend op inzichten uit hersenonderzoek en moderne taalkunde. Laat de woorden daarom toe. Creëren is spelen met woorden. Maar kan dat spelen met woorden ook buiten het domein van de literatuur? Je zou denken van wel. Kijk naar het taalgebruik van copywriters: dat swingt de pan uit, staat als een huis, prikkelt de lezer. En storytelling kan ‘het verhaal’ van een bedrijf of organisatie doen leven. Sybren Polet heeft het hier niet over, storytelling was nog niet zo in zwang toen hij ‘De creatieve factor’ schreef. Maar ik geloof dat hij het met mij eens zou zijn. De ‘creatieve factor’ slaat naar mijn mening in de eerste plaats níet op een functie in onze hersenen – het onbewuste, de taalfunctie in de linkerhelft van de hersenschors of wat dan ook – maar op de mens die schrijft. En dat kan dus elk van ons zijn. Het individu kan openstaan voor het toeval, dat zich in woorden ontvouwt.
Hoofd en hart
Daarbij is schrijven niet uitsluitend een hersenactiviteit; tal van organen kunnen meedoen, in de eerste plaats het hart. Het belang van emoties bij het schrijven staat buiten kijf. Sybren Polet illustreert dit aan de hand van ‘savants’, geleerde idioten die ingewikkelde berekeningen uit het hoofd doen of complexe beelden tot in detail reproduceren. Zij tonen weinig emoties en zijn in feite niet in staat tot creativiteit. Ook computers kunnen niet creatief zijn, “omdat de individuele toevalsfactor die zo’n grote rol speelt bij het scheppingsproces, zeker bij het verbale, afwezig is”, aldus Polet. “Die menselijke factor is uiterst complex en wordt gekenmerkt door een zekere onvoorspelbaarheid, terwijl de opdracht, ook die van de inventieve computer, juist is: toeval en onvoorspelbaarheid te begrenzen en de complexiteit te minimaliseren, ofwel doorzichtigheid en herhaalbaarheid mogelijk te maken, waarna de verrassing er af is.”
‘De creatieve factor’ is dik twee decennia oud, maar dit essay van Sybren Polet blijft verfrissend in zijn analyse van het creatieve proces. Het is het herlezen dubbel en dwars waard.
Sybren Polet: ‘De creatieve factor – Kleine kritiek der creatieve (on)rede. Uitgeverij Wereldbibliotheek. Amsterdam 1993.
Publicatiedatum: 5 augustus 2015